< Onze werkplaats

Zelfsturing betekent afscheid nemen

10 november 2016
Raymon Geurts
4871x
0
Zelfsturing betekent afscheid nemen

In mijn zoektocht naar de passende manier om Berckeley Square zichzelf te laten organiseren, heb ik veel nieuwe mensen ontmoet en ook erg vaak weer afscheid genomen. Een organisatie is voor mij een levend ecosysteem en verbonden met de duurtijd in het verleden, heden en de toekomst. Berckeley Square bestaat door mijn herinneringen uit het verleden, mijn ervaringen in het hier en nu en mijn ambities naar de toekomst. Na de beëindiging van mijn samenwerking met medeoprichter Matthijs Kloek, had ik de neiging om nieuwe mensen om mij heen te verzamelen. Mijn vriendin Marlies noemde mij in die tijd een sprokkelmannetje. Zij stelde mij de vraag wat ik met al die mensen ging doen…. Ik had eigenlijk nog geen goed antwoord. Misschien kan ik die vraag nu in retrospectief beter beantwoorden.

Prille liefde zonder consequentie

In 2008 koos ik voor een hybride vorm met junior adviseurs in dienst aan de ene kant en senior zelfstandig professionals aan de andere kant. Ik wilde vanuit een hartscontract een vitale (ruil)relatie aangaan. Wij zijn gewend om vanuit een juridische positie onze relatie te beschrijven. We zijn in dienst, zelfstandig of werkeloos. Voor mij voelde dat niet kloppend, omdat ik denk dat je in verschillende periodes van je (werk)leven een ander type ruilrelatie nodig hebt. Veel relaties in organisaties worden opgebouwd vanuit een materieel belang voor de medewerker (salaris) enerzijds en aandeelhouders (winst) anderzijds. Als je geluk hebt, wordt er naar jouw behoeften geluisterd en mag je jouw talenten inzetten. Het bouwen aan een relatie vanuit zo’n hartscontract klinkt heel mooi, maar het vraagt discipline om ook kaders te stellen en over je eigen angsten heen te stappen.

In mijn naïviteit dacht ik dat in een gezonde organisatie het genoeg zou zijn om mensen te verbinden die in hetzelfde geloven. Prille liefde zonder consequenties. In mijn zoektocht naar nieuwe collega’s, vroeg ik zelfstandig professionals vanuit een spirituele verbinding (SQ) aan te haken. Ons kantoor hadden wij ingericht als clubhuis en ik verzamelde ‘believers’ om samen in ons clubhuis te hangen. Onder het genot van een biertje of een borrel filosoferen over de manier waarop wij de wereld konden veranderen. Paul Staal was hierin een meester en met hem heb ik toen een innige vriendschap ontwikkeld. Wij voelden een zielsverwantschap op onze droom om de wereld via organisaties een beetje mooier te maken. Ongeacht ons leeftijdsverschil vonden wij elkaar in deze droom. Paul doorzag (jonge) mensen, doordat hij door de misleidende wolken van kracht in staat was je kwetsbaarheid te zien. Helaas heeft Paul veel te vroeg afscheid van ons genomen, doordat hij in oktober 2011 kwam te overlijden. Ik mis hem nog steeds om zijn drive, wijsheid, geloof en liefde voor onze zoektocht naar het organiseren vanuit de menselijke maat.

Naast het borrelen in ons clubhuis op vrijdag, was ik ondertussen de rest van de week keihard aan het werk om dit in de echte wereld waar te maken. Er was een groot verschil tussen de realiteit van mijn werk en de manier waarop ik daar met collega’s over filosofeerden. Door hard te werken, bekostigde ik ons clubhuis en hield ik adviseurs in dienst aan het werk. Daar genoot ik ook erg van, maar voelde wel de eenzaamheid in het realiseren van al deze dromen. Er was veel vrijblijvendheid in de manier waarop ik het netwerk had opgebouwd. Mijn nadrukkelijke wens was om samen te werken aan het realiseren van een mensgerichte organisatie. Hoe kreeg ik meer verbinding en minder vrijblijvendheid?

Op zoek naar de intellectuele kaders

Mijn eerste begrenzing was om lidmaatschap te verbinden aan het daadwerkelijk uitvoeren van projecten onder de vlag van Berckeley Square. Dit leverde een volgend probleem op. We hadden namelijk wel eenzelfde geloof, maar de manier waarop je daar kon komen ontliep elkaar nogal. Ik vroeg van hen om zich in de projecten intellectueel (IQ) te verbinden aan de methodologische lijn van Berckeley Square. Door dit kader haakten collega’s af en verweten mij soms rigiditeit. Duizenden bloemen laten bloeien heeft ook iets romantisch en nieuw organiseren had geen behoefte aan kaders…

Deze periode kenmerkt zich in een intellectuele zelfonderzoek naar de methode van Berckeley Square. Gerard Voskuilen is in deze periode een grondlegger onder de intellectuele identiteit van Berckeley Square geweest. Hij wist theorie en praktijk op een onnavolgbare wijze aan elkaar te verbinden. Met hem kon ik de achterliggende manier van werken die bij Berckeley Square hoort ontrafelen. Hierdoor ontstond een nadrukkelijker inhoudelijk kader waar we elkaar feedback op konden geven en waar gemeenschappelijke taal door ontstond. Door de toepassing van het kader moest ik ook afscheid nemen van ‘collega’s’ die dit kader niet waar konden of wilden maken.

In de eerste jaren voerden zelfstandig adviseurs met name hun eigen projecten uit. Intellectueel checkten we wel bij elkaar of dit paste binnen de kaders van Berckeley Square, maar we deden het niet samen. Ik nam met name de adviseurs in dienst mee in mijn projecten. Er was geen zicht op elkaar. Mijn verlangen lag ergens anders. Ik wilde Berckeley Square een helende omgeving laten zijn, om in kracht en kwetsbaarheid de beste versie van jezelf te kunnen ontwikkelen. In deze periode hebben we de ruilrelatie als wapenschild ontwikkeld. Iedereen heeft een levenslijn vanuit een BRON (wat heb ik (niet) geleerd?) en een BESTEMMING (wat wil ik in dit leven bereiken?). Daarnaast zijn we tijdelijk aan een omgeving verbonden vanuit een ruilrelatie. Wat kom ik bij de realisatie van de doelen van Berckeley Square halen ter realisatie van mijn BESTEMMING en wat kan ik komen brengen vanuit mijn BRON. De combinatie van je eigen bron en bestemming en de expliciete ruilrelatie met Berckeley Square noemden wij ons persoonlijk plan. Op onze bouwdagen op vrijdag kwamen wij in ons clubhuis bij elkaar en hielpen elkaar om onze plannen verder te brengen.

Eerste stapjes naar een team

Zillah van Venrooij was vanaf deze periode de motor achter onze ontwikkeling op samenwerking. Zillah was een van de eerste zelfstandige die zich had aangesloten op het netwerk. Zij heeft het vermogen om talent te zien en te laten groeien. Zillah heeft zich expliciet verbonden aan Berckeley Square om zichzelf en anderen te ondersteunen in hun ontwikkeling. Zillah was een maatje in het vormgeven van de manier van samenwerken in ons netwerk van zelfstandigen en adviseurs in dienst. Marieke Grondstra was de eerste adviseur in dienst in dit hybride netwerk. Ik wilde Marieke een omgeving bieden, waarin zij de beste versie van zichzelf kon ontwikkelen. Niet alleen om het vak te leren en een netwerk op te bouwen, maar vooral door zicht te krijgen op wie zij wilde zijn. Marieke heeft een mooie basis gelegd voor veel adviseurs in dienst die haar later opvolgden. Deze mensgerichte manier van organiseren was voor nieuwe zelfstandigen ook een reden om zich aan te sluiten.

Met Zillah, Marieke en later Emiel van Eijk deden we voor het eerst een écht project samen bij de afdeling Operatiekamers van het RadboudUMC. Met grote dank aan onze opdrachtgevers Richard van den Broek en Hein Gooszen die dit avontuur met ons zijn aangegaan. Inhoudelijk was dit project ‘Samen OK’ een voorbeeldproject waar ik nu nog steeds op doorbouw. Het dwong ons in de manier van samenwerken tot een nieuw kader.

Dit kader werd pas echt duidelijk toen wij in het kader van 5 jaar Berckeley Square gezamenlijk een symposium organiseerden voor al onze klanten. We deden dit om meer met elkaar samen te doen. Het werd in de voorbereiding pijnlijk duidelijk dat er grote verschillen bestonden over de wederzijdse verwachtingen rond samenwerken en commitment op het resultaat.

In de tussentijd was ik zo gewend geraakt dat ik verantwoordelijk was voor de adviseurs in dienst, acquisitie en het initiatief binnen Berckeley Square dat ik mijzelf voorbij was gelopen. Een paar dagen voor het symposium lag ik op de hartbewaking van het ziekenhuis. Het bleek hyperventilatie te zijn, die ik had opgebouwd door langdurig te veel hooi op mijn vork te nemen. Dit was wel een grote schok voor mij, want dit was het mij niet waard. Ik moest leren om nog beter te begrenzen en het initiatief ook bij anderen te laten. De tweede begrenzing die in het kader kwam, was het gesprek over onze manier van samenwerken en de mate waarop wij commitment hadden op elkaar en het resultaat. Deze emotionele basis (EQ) onder onze spirituele en intellectuele samenwerking was broodnodig om te overleven.

Afscheid nemen en eenzaamheid verduren

Mijn existentiële angst in het leven is eenzaam achter te blijven, dus begrenzen is van oorsprong niet mijn sterkste kant. Ik had echter een omgeving gecreëerd waarin we ‘zacht op de inhoud en zacht op de relatie’ waren. Dit was in de bovenstroom wel erg gezellig, maar in de onderstroom creëerde dit ook tot ongenoegen. Mensen spraken elkaar onvoldoende aan, omdat er een kader miste. De laatste fase in onze ruilrelatie was het expliciet maken van de verwachtingen over de fysieke zakelijke component (FQ). Ik voelde dat we meer met elkaar over dit stuk in gesprek moesten gaan. Hoe spannend ik dit ook vond. Drie jaar geleden werd in een sessie met het team, onder begeleiding van Tica Peeman, al snel alle energie naar mij gericht. Mijn angst nam toe en Tica stelde mij gerust door dit te verbinden aan de ontwikkeling naar een volwassen team. In de sessie werd duidelijk dat het team zakelijke kaders nodig had om aan te kunnen/ willen voldoen en elkaar op aan te kunnen spreken. Vragen als: Wat was een minimum omzet/ afdracht? Hoeveel dagen ben ik verbonden aan dit team? Wat doen we met acquisitie?

In Tica Peeman had ik een maatje gevonden om de uitdagingen van het ondernemerschap mee te delen. (In een volgende blog zal ik daar nog alles over vertellen in het ontstaan van Happy Companies). In de sessie had ik gekozen om een paar van deze vragen zelf uit te werken. Ik wist dat het handhaven van deze kaders niet mijn sterkste kant is en wilde hier binnen Berckeley Square ondersteuning op. Emiel van Eijk was net uit dienst als adviseur en was als zelfstandig professional nog verbonden aan het team. Ik heb hem gevraagd om directeur operations te worden om de meer ‘blauwe’, zakelijke kant in te voeren en te bewaken. Ik ben hem hier enorm dankbaar voor, omdat hij ons heeft bevrijd van de ‘groene’ modder van een gezelligheidsclub.

Doordat ik alle niveaus heb doorlopen om heelheid te krijgen in de kaders die binnen Berckeley Square gelden, ontstond de echte vrijheid om vorig jaar mijn lidmaatschap op te zeggen van het team Amsterdam. Dit heeft voor mij de vrijheid gegeven om met Tica te starten met Happy Companies en momenteel team Rotterdam op te richten. Mijn rol is nu het doorontwikkelen en begrenzen van het merk en de kaders van Berckeley Square. Daarbij is het van belang dat de systeemwereld niet dominant is, maar dat wij de achterliggende intenties van onze spiritualiteit, onze intellectuele wijsheid, onze menselijke manier van samenwerken en onze zakelijke gezondheid vitaal houden.